gesprekstechniek luistervaardigheid gespreksvoering rogeriaanse clientgerichte clientcentered
therapie
tijdschrift artikelen
links reageren
luisteren
·
Luisteren
·
Begrijpen
·
Rogers
·
Oefening
Luisteren
Er is een grappig bedoelde definitie van
een gesprek: wachten op een adempauze van iemand anders, zodat je je eigen
verhaal kunt gaan vertellen. We zijn vaak meer uit op het vertellen van ons
eigen verhaal, dan dat we actief proberen te luisteren naar een ander. Een
gesprek kan winnen aan rust en diepgang als je laat merken dat je de ander
gehoord hebt. Dat kun je doen door even samen te vatten wat de ander heeft
gezegd, alvorens je eigen mening te gaan vertellen, bijvoorbeeld: O, dus jij
vindt deze regering maar niks? Als je dit doet, samenvatten van wat de ander
heeft gezegd, zul je misschien ervaren dat het niet meevalt om dat nauwkeurig
te doen. Vaak zal je gesprekspartner een aanvulling, een verduidelijking van
zijn eerdere woorden willen geven.
Je doet heel
veel goeds in een gesprek als je probeert samen te vatten wat de ander gezegd
heeft. Wil je nog een stap verder gaan, dan kun je ook proberen om aan de ander
terug te geven wat jij denkt wat de spreker voelt bij hetgeen hij in woorden
uitdrukt.
Carl
Rogers, een grote naam in psychotherapieland gebruikte hiervoor het woord
empathie, je kunnen inleven in de gevoelens van anderen. Maar je hoeft geen
therapeut te zijn om begrip te tonen voor een ander. Als iemand je iets vertelt
kun je jezelf de vraag stellen: hoe zou ik me voelen als mij dit overkomen was
of nog nauwkeuriger: wat voelt zij als zij dit (zo) zegt? Een voorbeeld: als
iemand zegt: ik heb weer vreselijke heibel met mijn vriend gehad, zou je dat
kunnen samenvatten als: dus jullie hadden weer ruzie? Maar als je naar de
gevoelens luistert die achter haar opmerking schuil gaan dan zou een reactie
kunnen zijn: zo te horen ben je het spuugzat al die ruzies?
CARL ROGERS
1902 - 1987
Theorie
Totdat Carl Rogers op het toneel verscheen voerde vooral
psychoanalyse de boventoon bij psychotherapie. Er waren wel verschillende
stromingen binnen de psychoanalyse: Freudiaans, Jungiaans, Reichiaans
e.d., maar de verdienste van Rogers was dat hij iets totaal nieuws en heel
simpels bracht: non-directieve therapie. Waar de psychoanalyse uitgaat van
theoretische concepten over hoe mensen in elkaar zitten, ging Rogers uit van de
cliënt zelf: de cliënt weet zelf beter dan wie ook wat hem beroert, en is ook
het beste in staat om te bedenken wat hem kan helpen voor zijn persoonlijke
groei. Voorwaarde voor de cliënt om te komen tot zelfexploratie en zelfinzicht
is een veilige omgeving. En die veiligheid bood Rogers door aandacht, begrip en
een positieve grondhouding. De therapeut was niet langer de expert, die de
diagnose en het recept leverde, maar werd degene die door zijn houding en
begrip de voorwaarden leverde waaronder de cliënt zijn eigen expertkennis kon
gaan aanspreken.
Anders dan Freud beschouwt Rogers mensen in de kern als goed en
gezond. Hij ziet ziekte van de geest, criminaliteit en andere menselijke
problemen als verstoring van de natuurlijke tendens van de mens. Hij
veronderstelt dat elk organisme een ingebouwde motivatie kent om zijn
mogelijkheden, dat wat in potentie aanwezig is, zo ver als mogelijk is te
ontwikkelen. Ieder streeft er naar om van zijn bestaan het beste te maken.
Rogers noemt dit de ‘actualiseringtendens’. Als het niet lukt, is dat niet
omdat de wens of het vermogen daartoe zou ontbreken.
De term non-directief, voerde Rogers in omdat hij geen aanwijzingen
wilde geven vanuit zijn eigen kennis of opvattingen, om daarmee de cliënt alle
ruimte te geven zijn eigen ideeën en opvattingen te vinden. Het bleek echter
dat non-directief in de praktijk niet helemaal te handhaven was. Enerzijds
zochten cliënten houvast in minuscule uitingen, vaak non-verbaal, van de
therapeut, anderzijds was de therapie niet geheel non-directief omdat een
inherent doel van de therapie was de cliënt te brengen tot zelfexploratie en
zelfinzicht. Daardoor kwam later de term ‘client-gericht’ in zwang. Dit staat
dan in tegenstelling tot ‘probleem-gericht’, waarbij
zowel cliënt als therapeut zich in eerste instantie buigen over het probleem
dat de cliënt aandraagt of dat door de therapeut wordt vastgesteld. Bij
client-gerichte therapie staat dus niet het probleem, maar de ervaring, het gevoel
van de client centraal.
De praktijk
Vanuit de praktijk en door veel wetenschappelijk onderzoek kwam
Rogers tot het benoemen van drie kwaliteiten die bij een therapeutisch gesprek
noodzakelijk en voldoende zijn.
Aandacht / Empathy
Rogers gebruikt hiervoor vooral
het woord empathie: het je kunnen inleven in de gevoelens van anderen. Hoe zou
ik me voelen als mij iets dergelijks was overkomen, accurater nog: hoe zou ik
me voelen als ik zou zeggen wat de cliënt nu zegt. Als de cliënt bijvoorbeeld
zegt: “Het was vandaag weer helemaal mis” zou een reactie van de therapeut die
ingaat op het gevoel van de cliënt kunnen zijn: het maakt je moedeloos alsof je
je afvraagt of het eigenlijk ooit wel definitief beter zal gaan? Dat is dus
duidelijk meer naar het mogelijke gevoel toe dat achter de woorden schuil gaat
dan alleen een samenvatting als: je hebt weer een rot dag gehad?
Belangrijk is dat de reacties van de therapeut binnen het
referentiekader, binnen de gedachtenwereld van de cliënt blijft. Daarvoor is van de kant
van de therapeut nodig dat hij zijn eigen referentiekader, en al zijn
theoretische kennis buitenspel zet. Vragen zijn hoogst zelden nodig, alleen als
de therapeut het echt niet begrijpt en voor zichzelf verduidelijking behoeft.
Openheid / Genuineness
Openheid van de kant van
de therapeut betekent niet dat hij zijn eigen gevoelens en ideeën naar voren
brengt, maar dat hij transparant, echt is. Werkelijke belangstelling heeft en
dat niet veinst; als de cliënt hem aanspreekt geen behoefte heeft om zichzelf
te poneren of te verdedigen. Je kunt ook zeggen dat de therapeut geen 'houding'
aanneemt, maar zichzelf is. Rogers noemde dit congruent zijn, de therapeut valt
samen met zichzelf.
Positieve-blik / Positive regard
Grondhouding is het hierboven
omschreven geloof dat de mens van nature goed is, en dat wat de cliënt doet,
ook al is het afwijkend, het beste is dat de cliënt kan doen om zichzelf,
binnen soms erg moeilijke situaties, staande te houden. Zo herinner ik mij een
krantenartikel waarin beschreven werd dat iemand gevangenisstraf en t.b.s. had gekregen omdat hij iemand had vermoord, alleen
omdat het slachtoffer in de kroeg iets had gezegd dat de dader niet beviel.
Achtergrond was dat de dader door zijn vader seksueel was misbruikt, vaak was
geslagen en mentaal voortdurend vernederd. De man die hij in de kroeg ontmoette
deed de dader sterk aan zijn vader denken. Maatschappelijk en voor het
slachtoffer en diens nabestaanden is het afschuwelijk wat er gebeurde. Maar
kijk je vanuit een positieve blik naar de dader, dan zou dit wel eens een daad
kunnen zijn geweest, die een opening naar gezondheid inhield; wellicht was het
de eerste keer dat de dader de boosheid naar zijn vader echt durfde voelen en
daar actie op durfde nemen (helaas op de verkeerde persoon en op de verkeerde
manier). In een client-gerichte therapie zou de dader misschien voor het eerst
van zijn leven ervaren dat hij door iemand niet wordt afgewezen, en zou hij
wellicht er aan toe kunnen komen om de afschuwelijke gevoelens die hij aan zijn
vader had opgelopen onder ogen te zien; ze een plaats kunnen geven in zijn
leven en er daardoor op een betere manier mee om kunnen gaan.
Nu gelden deze drie condities: aandacht,
openheid en positieve blik, niet alleen bij een therapiesessie, maar kunnen een
verbetering zijn voor elk contact dat je aangaat. En nogmaals, je hoeft echt
geen professionele hulpverlener te zijn om aandacht te willen en kunnen geven
aan anderen.
Bron: Carl Rogers: Mens worden. Utrecht: Bijleveld, 2000.
zie ook: Carl Rogers video’s
leren luisteren:
Oefening
Als je voor jezelf wilt oefenen in reflectie,
d.w.z. het zoveel mogelijk in gevoelstermen samenvatten van wat iemand jou
vertelt, dan kan dat door je eigen reacties in te vullen in onderstaande lijst.
Je kunt ook met andere geïnteresseerden, het ieder voor zich laten invullen en
daarna de verschillende reacties uitwisselen.
1. Zal ik met haar trouwen of moet ik aan
mijn toekomst denken? Als een kerel ambitie heeft moet hij hard zijn. Maar ik
houd van Mary, echt, zij is mijn inspiratiebron geweest. Ik weet niet wat ik
moet doen. Aan de andere kant ik kan niet doorgaan met studeren en trouwen. En
Mary wil niet wachten.
2. Maar kunt U me niet zeggen wat ik moet
doen? Kunt U me niet een paar suggesties geven? Ik wil alles wel doen, maar ik
weet gewoon niet welke weg ik in moet gaan. Als U me enkel maar wilt zeggen of
U denkt of ik over dit probleem heen kan komen.
3. Ik heb gewoon geen zin ook maar iets te
doen. Ik hang maar wat rond.
4. Ik weet echt niet wat ik moet doen. Of ik
terug moet gaan om les te geven aan de school. Het werkt zo op mijn zenuwen.
Maar ik heb er een vaste baan en een goed salaris. Of anders totaal breken en
doen waar ik zin in heb? Maar dat zou betekenen: van de grond of aan beginnen
met een klein budget, en ik weet niet of ik dat kan.
5. Wat is het nut van alles? Niemand is
fair of eerlijk. De jongens die thuis bleven kregen alle kansen, terwijl wij de
kastanjes uit het vuur haalden aan het front. En mijn vrouw…
6. Ik ben vier keer getrouwd en elke keer
heb ik gedacht: dit is het. Maar geen enkele was ooit als deze vrouw. Ze is de
mooiste vrouw die je ooit hebt gezien, en dansen…
7. Ik houd van schrijven, misschien is dat wel mijn grootste
ambitie, gedichten schrijven. Maar ik heb het nu al een poos niet gedaan.
8. Ik woon nu al tien jaar in deze stad,
maar ik ken er niemand. Op kantoor lijkt het alsof ik gewoon geen vrienden kán
maken. Ik probeer aardig te zijn voor anderen, maar het voelt allemaal zo stijf
en oncomfortabel bij mij van binnen. En dan zeg ik tegen mijzelf dat het mij
niets kan schelen, dat ik helemaal geen vrienden wil, en soms denk ik dat dat
echt waar is.
9. Ik heb zo’n vreemd gevoel, telkens als
me iets fijns overkomt. Ik kan ’t niet geloven, doe alsof het nooit gebeurde.
Ik wilde een afspraak maken met Ans, ik heb vier weken geaarzeld, en toe zei ze
Ja, en ik kon ’t niet geloven. Zo sterk dat ik bij die afspraak niet ben komen
opdagen.
10. Ik ben verliefd op het mooiste meisje
ter wereld. En zij houdt van mij, dat weet ik. Maar ik kan haar niet ten
huwelijk vragen – ik heb een strafblad. Zij weet daar niets van, maar het zal
eens uitkomen.
Vrij naar een niet gepubliceerde lijst, R.U. Groningen.
Steven Covey zegt: probeer eerst om te
begrijpen, dan pas om begrepen te worden.
Most of
the time, many of us just wait for the other person to finish talking so we can
say what is on our own minds. The other person does the same, so conversations
can be unsatisfying, and they may escalate into arguments because nobody is
listening.
Listening involves all your senses, physical and spiritual. It means attending
to the other person with your whole being.
Uit: Vimala McClure: Be Responsive
Relationships
are much more rewarding and engaging if we can listen deeply, beyond our own
thinking about another person and beyond any judgments or conclusions about
what they are doing.
Uit: Roger Mills and Elsie Spittle:
Deep Listening
Articles by Pauline Connolly:
Trust in the
actualizing tendency
The 'as if' quality of empathy
The Here and Now in Gestalt therapy
tijdschrift artikelen links reageren